Er was eens... Een juf met 25 kleuters



Een dagje lesgeven aan kleuters. Een rijke ervaring!

Kleuters. Ik vind het de geweldigste wezens die er zijn. De heerlijke, voor hun, oh zo logische gedachtes, het kudde gedrag, hun rijke fantasie en de bloedserieuze opmerkingen...

Om 8 uur ben ik al op school. Ik zet mijn spulletjes weg, maak snel een mooie ronde kring, leg Flip de beer klaar en haal dan een kopje thee. De 10 minuten die ik nog heb voor de kleuters komen gebruik ik om wakker te worden.

En dan is het 10 voor half 9 en mag de deur open. Vijfentwintig kleuters stormen met hun moeder, broertjes en zusjes naar binnen. Met zijn tienen tegelijk (kleuters én moeders) verdringen ze zich om me heen. De een om zijn nieuwe sokken te laten zien, de ander om te vragen of ik er goed op wil letten dat dochtertjelief haar jas wel dicht doet met het buitenspelen.
Wat denkt ze zelf met -3 graden.
Om half 9 ga ik bij de deur staan en zeg ik “tegen de kinderen” dat we gaan beginnen. De moeders gaan mopperend weg, maar blijven eerst nog even uitgebreid zwaaien voor het raam.

Goed, we kunnen beginnen. Eerst even de dag. ‘Het was gisteren woensdag, wie weet wat voor dag het dan vandaag is?’ Het antwoord: ‘Morgen!’

Okee, we gaan verder. Het kringgesprek. Flip heeft tenslotte niet heel de dag de tijd.
Met het kringgesprek let ik goed op, ik wil niet zo’n juf zijn die overal ‘oh, leuk’ op zegt. Dat mag niet eens, er zitten een heleboel eisen aan een goed kringgesprek (enthousiast zijn, doorvragen, goed luisteren enz.), anders loop je het risico zelfs ‘oh leuk’ te zeggen als een kind vertelt dat haar konijn dood in zijn hok lag.

25 weekendverhalen later is het de hoogste tijd om naar buiten te gaan.
Nu kunnen we natuurlijk niet met zijn vijfentwintigen tegelijk op de gang onze luizenzak pakken, openmaken, jas uit eruit halen, luizenzak weer terug hangen en onze jas aantrekken, dus dit gaat in groepjes van vier kinderen.
Een dikke 20 minuten later zijn we er klaar voor.
Vol goede moed stap ik achter de kinderen aan naar buiten. Maar nog voor iedereen goed en wel buiten is komen de eerste kinderen klagen. Het sneeuwt en ze hebben koude vingers.
Mijn wijze juffenraad luidt: ‘Als je je handen in je zakken doet blijven ze lekker warm.’ Het wijze antwoord van de kleuter is: ‘Dat kan niet juf, mijn zakken zitten vol.’ Ik vraag aan de kleuter wat ze dan in haar zak heeft wat zo groot is dat haar handen er niet meer bij kunnen. Haar antwoord is: ‘Mijn wanten juffie’.

Na een half uur blauwbekken, 16 koude handen warmen en 380 gevangen sneeuwballen later gaan we naar binnen. Bij de ingang krijg ik bijna ruzie met één van de kinderen: ‘Juf, ik bewaar mijn sneeuwbal wel in mijn jaszak voor als we weer naar huis gaan’. En ik mocht niet lachen.

Nadat alle kleuters, tegelijk, hun jas weer terug in de luizenzak hebben gestopt (het gaat wat chaotisch, maar we zijn toch een stuk sneller klaar) is het tijd om te eten en te drinken.
Ik wil net een hap van mijn energierijke koek nemen als een van de kleuters naar me toe komt: ‘Juf, wil jij mijn banaan openmaken? Mijn moeder heeft hem zo strak dicht gedaan!’
De kleuter en ik nemen ons voor om om 12 uur aan zijn moeder te vragen of ze zijn banaan niet meer zo strak dicht wil maken.

Mmm… even een aflevering van ‘Koekeloere’ dan maar. In polonaise lopen we zo stil als we kunnen (de achterste uit de rij: ‘JUF! WAT ZIJN WE GOED STIL HÈ?!’) naar de televisie.
‘Oke, ja mag op deze lijn gaan zitten’ (ik wijs een lijn die door de hele speelzaal loopt aan). Binnen 10 seconden zitten alle 25 kinderen meest linker hoekje van de lijn. Ze nemen nu ongeveer een halve meter van de acht meter waar ze uit konden kiezen in beslag.

Na ‘Koekeloere’ hebben we nog een half uur tijd om te “werken” en dan is het alweer tijd om naar huis te gaan.
En nu moeten niet alleen alle 25 jassen uit de 25 luizenzakken, maar ook de 25 tassen, 25 broodtrommels en 25 bekers.
Tien minuten later (vraag me niet hoe.. Maar het is wel een nieuw record!) lopen we in polonaise naar buiten. Waar ik zo ongeveer 20 ogen nodig heb om alle wegschietende kinderen te volgen om te zien of ze wel naar de goede moeder lopen.

En dan… heb je weekend. En heb je weer twee dagen om bij te komen en je voor te bereiden voor de kleutertjes weer lekker op je schoot kruipen (en een plasje laten glippen), hun verhalen komen vertellen en “ruimtenaarsvliegtuigje” komen spelen.

4 opmerkingen:

  1. Wat een ontzettend leuk stukje. Ik moet erg lachen, want herken mijn kleuters er zo in! Geweldige kids zijn het ook :)

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Zó herkenbaar!
    Wat zijn ze geweldig.Never a dull moment!��

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Geniaal! wauw! mijn toekomst zie ik al helemaal voor me! :)

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Geweldig! Na 4.5 jaar met kleuters te werken herken ik het hele stukje! Mooi beschreven!!!!

    BeantwoordenVerwijderen

Een vraag, tip, opmerking of iets anders? Laat het me weten!