- Na de tweede of derde keer deel je ook de twaalf prenten van het verhaal uit aan kinderen uit de groep. Laat de kinderen beschrijven wat ze op de platen zien.
- Vertel het verhaal nu nog een keer (zonder de prenten te laten zien), de kinderen letten op wanneer ze de tekst horen die bij hun prent hoort.
- Als het kind de tekst hoort bij de prent die hij of zij vast heeft, legt het kind de prent op tafel. De volgende legt zijn prent daarnaast enz.
- Lees het verhaal nu nog een keer. Laat nu bij elke bladzijde ook de prent weer zien en controleer samen of het verhaal en de prenten overeenkomen.